Hoeveel ruimte heeft je favoriete bezigheid nodig? Niet veel, zo blijkt uit de oefenruimte van Bram (40). Op zo’n vijf vierkante meter leeft hij zich uit op zijn gitaar, een knalrode Guild Starfire. En hij knutselt aan elektronica. Uit een omgebouwde buizenradio die nu als gitaarversterker dient, golven warme, overstuurde tonen. De rest van zijn kleine oefenruimte staat vol met nog meer versterkers, een pedalboard vol gitaareffecten, een elektronisch drumstel, opname-apparatuur en een kast vol gitaarkoffers. En oja, er hangen ook nog eens zes gitaren en een basgitaar aan de muur.
Loop je Bram’s mancave in, dan heb je nog anderhalve stap over voordat je tegen zijn bureau aanbotst. Op de enige stoel in de ruimte zit hij, bezoek zal moeten staan. Efficiëntie ten top, het is duidelijk dat deze ruimte voor hem alleen bedoeld is.
op een gegeven moment was mijn vriendin die rommel zat
Vier jaar geleden offerde Bram een stuk van zijn garage op voor zijn muziekapparatuur. “De deur kwam dus vroeger in de garage uit. Nu lopen we om, maar dat maakt niet uit. Voordat ik deze ruimte had, bewaarde ik mijn gitaren en andere muziekspullen op andere plekken in het huis. En op een gegeven moment was mijn vriendin die rommel zat”, zegt hij grinnikend. “En de verzameling is in de tussentijd alleen maar groter geworden.”
Bram is zo’n drie tot vier avonden in de week in zijn mancave te vinden. Tot voor kort speelde hij in verschillende bands, tegenwoordig voor zichzelf. “Ik speelde veel in Utrecht met mijn band, maar uiteindelijk begon het plezier me te vergaan. Dan is het ineens best ver, vanuit Amsterdam. Sinds ik weer voor mijn eigen plezier speel, vind ik het weer echt leuk.” Hij lacht. “Vaak componeer ik hier een paar nummers en dan is het weer mooi geweest. Ik neem het allemaal op, maar met die opnames doe ik meestal niets. Ik luister ze de volgende dag en denk dan: tja… En dan gooi ik het allemaal weer weg.”
Naast Bram z’n laptop staat een soldeerstation, want van huis uit is hij een techneut. “Mijn vader repareerde vroeger tv’s, dus we hadden altijd een enorme voorraad aan tv’s staan die gerepareerd moesten worden. Op een gegeven moment mocht ik meehelpen met de simpelere klusjes en daar kreeg ik dan wat voor betaald.” Zelf kwam hij in de wereld van koffiemachines terecht. Ruim tien jaar lang repareerde hij ze. “Dan kwam je bij een klant, want de machine ging niet meer aan. En o ja, hij rook ook een beetje gek. Dan bleek er een dode rat of muis in te zitten, geëlektrocuteerd door de bedrading.”
Tegenwoordig stuurt hij anderen aan en geeft hij tekst en uitleg aan gebruikers, maar ook thuis is hij graag met elektronica in de weer. Voorbeelden te over: oude buizenradio’s worden omgebouwd tot gitaarversterker, een effectenpedaal is beland in een pluche marmot (“de tepels zijn draaiknoppen”) en de buizenversterker onder zijn bureau is zelfgebouwd. Bram, niet zonder trots: “Het is een soort bouwpakket op basis van Vox, maar zo maakt Vox ze niet meer. En tijdens het bouwen kwam ik erachter dat er veel betere onderdelen in kunnen, dus dan verbouw ik hem. En dan wordt hij beter.” Zo gaat dat met meer apparaten: als het kwalitatief beter kan, komt de soldeerbout tevoorschijn. “Maar hier in deze kamer speel ik liever over zo’n oude buizenradio. Die zijn maar 3 watt en oversturen dus lekker snel, waardoor je zo’n mooi, warm buizengeluid krijgt. Als je dat geluid opneemt en afluistert, is het net alsof er een enorme full stack gitaarversterker staat. Als ik dat met die grote versterker voor elkaar wil krijgen, moet ik hem zo hard zetten dat ik ruzie met de hele buurt krijg.”